FYI.

This story is over 5 years old.

Tech

Mensen zijn schadelijker voor wilde dieren dan de Tsjernobyl-kernramp

Het herstel van de dieren komt door het verwijderen van de grootste bedreiging van die dieren: mensen.
Wilde beren keren terug naar Tsjernobyl. Afbeelding door Valeriy Yurko

De Tsjernobyl-ramp is nog steeds met kop en schouders de ergste kernramp uit de menselijke geschiedenis; het aantal doden staat na tientallen jaren nog steeds niet precies vast. Gezien de verwoestende invloed van de radioactieve straling van de ramp destijds, zou je denken dat het besmette gebied rondom Tsjernobyl (zo'n 4200 vierkante kilometer in de directe omgeving), nog steeds lijdt onder ecologische schade, omdat over het algemeen wordt aangenomen dat de effecten van radioactieve straling nog lang effect hebben op flora en fauna.

Advertentie

Toch is de realiteit anders, blijkt nu. Een studie die gisteren werd gepubliceerd in Current Biology toont namelijk aan dat er meer dieren in het gebied rondom Tsjernobyl zijn dan vóór de ramp. De auteurs van de studie stonden onder leiding van Jim Smith, een professor in de milieukunde aan de Portsmouth University, en ze konden maar één conclusie trekken: het herstel van de dieren komt door het verwijderen van de grootste bedreiging van die dieren, mensen.

"De fauna van Tsjernobyl is hoogstwaarschijnlijk beter af dan voor de ramp, en dan niet omdat straling goed voor dieren is, maar omdat menselijke aanwezigheid nog veel slechter is," vertelt Smith mij via de mail. "Deze studie is een opmerkelijke, maar kraakheldere illustratie van het feit dat de aanwezigheid van mensen, inclusief landbouw, bosbouw en jagen, zorgt voor de meeste ecologische schade, op de lange termijn in dit geval nog meer dan een kernramp."

[afb] Reeën in de buurt van Tsjernobyl. Afbeelding door Tatyana Deryabina

Smith en zijn medeauteurs kwamen tot deze conclusie door onderzoek te doen vanuit de helikopter naar de aanwezige zoogdieren in dit besmette gebied, en die te vergelijken met helikopteronderzoeken boven (niet radioactief besmette) natuurreservaten. Zo zagen ze dat de rampomgeving van Tsjernobyl dezelfde aantallen elanden, herten en beren als de beschermde natuurgebieden telde, en gek genoeg zelfs zeven keer zo veel wolven.

"Dit komt zeer waarschijnlijk door de totale afwezigheid van mensen," zegt Smith over Tsjernobyl's grote wolvenpopulatie. "De andere reservaten zijn kleiner en worden wel nog hier en daar door mensen bewoond."

Zo'n dertig jaren na de kernramp wemelt deze catastrofale plek van het leven, en daarmee staat het in schril contrast met eerdere voorspellingen van ecologische langetermijnschade. Hoewel sommige diersoorten wat moeilijker herstelden na de blootstelling aan radioactieve straling, zoals de ongewervelden en dus ook de vogels die hen eten, blijkt volgens Smith dat zoogdieren opbloeien in de afwezigheid van de mens.

"Verschillende eerdere studies van het besmette gebied in Tsjernobyl toonden sterke nadelige effecten van de blootstelling aan straling, en voorspelden de afname van fauna bij een dosistempo (mate van radioactieve straling) dat ver onder het dosistempo ligt waarvan men gelooft dat die überhaupt impact heeft," zegt Smith's team in de nieuwe studie. "Onze data, die gebaseerd zijn op empirisch onderzoek op de lange termijn, geven daarentegen juist geen bewijs voor een negatieve invloed van straling op de bloei van zoogdieren."

Op het eerste gezicht is dit goed nieuws. Ecologisch herstel, in wat voor gebied ter wereld dan ook, is iets wat je moet vieren. Maar het is ook nogal verontrustend om erachter te komen dat louter het contact met onze soort al meer giftig is voor het dierenrijk, dan een catastrofe als die van Tsjernobyl's kernramp. Mensen hebben een ontstilbare drang naar het verkennen en afbakenen van nieuwe gebieden, maar in een wereld van slinkende fauna en een afnemende biodiversiteit, hebben we wat mij betreft echt geen tijd te verliezen om onszelf een beetje aan te passen, en het dierenrijk eindelijk weer wat hoogstnodige bewegingsruimte te geven.