FYI.

This story is over 5 years old.

Tech

Er worden mensen grof rijk van je goed bedoelde 'clicktivisme'

Online petities genereren miljoenen dollars voor een klein aantal organisaties, waardoor de potentie van het internet als middel voor grote veranderingen in de wereld beperkt wordt.

De alom aanwezige webpetitie. De kans is groot dat je er recentelijk één aan hebt geklikt. Misschien was het je favoriete non-profit emaillist of Facebook-pagina die je erop attendeerde dat je binnen enkele seconde 'actie' kon ondernemen. Of misschien vond je de petitie op de grootste petitiesite van het web: Change.org. Klikken klinkt als een onschuldige daad, ongevaarlijk en als meer mensen tekenen misschien zelfs invloedrijk. Maar wist je dat er achter iedere klik of like een industrie schuilgaat die teert op de commodificatie en monetarisering van die clicks? En dat terwijl de sociale impact van clicktivisme tot dusver erg onzeker is.

Advertentie

Vergis je niet, online petities zijn ook deel van de economie. Het financiële model van Change.org, die een opbrengst van in de miljoenen heeft, lijkt op die van startups in Silicon Valley. Bied iets gratis aan en verkoop vervolgens toegang met voorrang. "Gesponsorde" petities worden naar voren gebracht op de site, want wat Change.org aan klanten biedt is een publiek: ongeveer 75 miljoen namen die aangemaand worden via de mail en sociale media om die petities te tekenen.

Met iedere click maakt Change.org winst en vergroot het bedrijf zijn klantenbestand. Klanten zijn vaak organisaties met grote portefeuilles zoals Amnesty International en de Sierra Club.

Dit winstmodel heeft Change.org in staat gesteld om snel te groeien en uit te breiden naar nieuwe markten over de wereld. Er zijn andere petitiesites – het mede-winstgeörienteerde Care2, non-profit tools van Avaaz, 38 Degrees en Getup, en organisaties die door de Amerikaanse overheid worden gerund zoals We the People. Ze doen qua grootte allemaal onder voor Change.org, dat steeds verder blijft groeien en petities dreigt te gaan domineren zoals Google zoekopdrachten domineert.

Het is niet alleen maar ellende wat de klok slaat, want petities hebben ook voor overwinningen gezorgd. Bijvoorbeeld op pink slime, de Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA) vond dat dit best in het eten op scholen mocht zitten. Of de campagne in Amerika waarin verzocht werd om een brandvertragende olie uit Gatorade te halen. Beide petities werden gestart door gewone mensen waarna ze viral gingen en het ook echt effect had.

Advertentie

Maar daar ligt ook meteen het probleem: zoals onderzoek aantoont is het waarschijnlijker dat je op iets klikt dat kort, simpel en makkelijk te begrijpen is. Simpele petities doen het lekker op de site Change.org. Dit is, in feite, een strategie: net zoals dat adverteerders simpele boodschappen gebruiken om zo hun producten te kunnen verkopen, gebruiken petitiesites soortgelijke boodschappen (brandvertragende olie in mijn Gatorade!)om er voor te zorgen dat je klikt.

Dat is waarom petities er niet in slagen om de status quo te bevragen. Door het commodificeren van overwinningen beperken Change.org en soortgelijke sites de potentie van het web om ook echte, globale verandering teweeg te brengen. De petities die hierboven genoemd hebben concrete doelen die door het publiek ook daadwerkelijk bewerkstelligd kunnen worden. Ze passen in een Tweet, of een Facebook-post, maar veranderen ze ook echt de wereld? Ik hoef je niet te vertellen dat de wereld te kampen heeft met grote uitdagingen en problemen op dit moment: de situatie in Syrië, Gaza, IS, klimaatverandering.Neem eens een kijkje op Change.org. Je vindt er geen van dat soort problemen.

In een interview legt een Change.org woordvoerder uit dat de site zich richt op "kleine grote problemen," en stelt gemeenschapsleiders en non-profit organisaties in staat om gebruikers aan te spreken op grotere issues.

Change, Care2 en petities gebouwd door derde-partij ontwikkelaars zoals Blue State Digital, Convio en soortgelijke techfirma's, stellen petitiemakers in staat om met ondertekenaars te communiceren en om fundraisers en evenementen te organiseren. Maar er is meer. De data (hoe je klikt, berichten opent, de actie die je onderneemt, wat je aanspreekt en wat je deelt) en de technologie (gepatenteerde petitie-software) blijven in de handen van een klein aantal bedrijven.

Advertentie

Dit geeft goed weer hoe het internet van vandaag de dag, ondanks het potentieel om als een democratiserend middel te werken, gecontroleerd wordt door een klein aantal spelers. Kijk naar mobieltjes - de meeste apps moeten door een vaag goedkeuringsproces van Google of Apple om uiteindelijk in de appstores terecht te komen. De getoonde petities op Change.org worden tevens gecontroleerd door de directeur en oprichter Ben Rattray en een wereldwijd "Leadership Team," aldus de woordvoerder.

Uiteindelijk kiest het personeel van Change.org welke petities getoond worden - en dat zijn vaak degene die clicks krijgen. We moeten er maar op vertrouwen dat het personeel en de CEO de miljoenen van de organisatie gebruikt om "gebruikers te helpen," zoals de woordvoerder aangeeft. Die hulp bestaat uit het "bijdragen van hulpbronnen of geld aan een project, het bijdragen van 'tijd'; mogelijkerwijs door vrijwilligerswerk en door bij te dragen aan burgeractiviteiten zoals stemmen."

Het bedrijf wil zijn financiële rapporten niet vrijgeven, dus er geen manier om er achter te komen hoe (of hoeveel) klanten betalen voor gesponsorde petities. Change.org wil ook geen specifieke data vrijgeven over hoe het bedrijf investeert in deze vormen van sociale impact, noch over de grootte van managementsalarissen.

Het ding is: technologie kan open en invloedrijk zijn. Er is een betere aanpak. In Indonesië, waar ik op dit moment werk, opereert een lokale NGO die open source online middelen heeft ontwikkeld, voor dorpsleiders die migrerende werkers in hun dorpen willen monitoren, waardoor een database ontstaat aan open informatie waarmee mensenhandel en uitbuiting verminderd kunnen worden.

Advertentie

Beide problemen zijn complex en moeilijk uit te leggen in e-mails of in een enkele petitie. Er zijn geen clicks nodig. Het was niet makkelijk; de organisatie moest elke dorpsleider individueel trainen, en regelmatig terug komen om te kijken of ze het systeem wel goed gebruikten. Maar de potentiële impact is enorm. De organisatie maakt al z'n codes wereldwijd beschikbaar, zodat iedereen het systeem zou kunnen gebruiken.

Eigenlijk bood Change.org voorheen verschillende tools aan voor gebruikers om zichzelf te organiseren, niet heel anders dan bij de Indonesische NGO. Maar het werd langzaam opgepikt, behalve de petities. Dus lieten ze die systemen varen, en kwam de focus op clicks te liggen. Als je op een petitie klikt, wordt gelijk voorgesteld of je ook op een andere petitie wilt klikken. En nog eentje. Misschien wordt je gevraagd te strijden tegen een koolcentrale bij jou in de buurt, misschien win je die strijd nog ook. En in de tussentijd, worden duizenden Indonesische bossen afgebrand, en de gebieden worden geruimd voor kolenmijnen. Die kolen zullen geëxporteerd worden naar China, waar vijf nieuwe gigantische koolcentrales geopend zijn in de tijd waarin jij zo hard bezig was om campagne te voeren tegen die ene koolcentrale.

Maar een overwinning is een overwinning, toch? Ja, maar door de focus op petities, stroomt het geld in de verkeerde handen. Mijn Indonesische vrienden kunnen complexe digitale systemen ontwikkelen met een budget van duizenden dollars, maar ze moeten zich beperken tot een paar honderd dorpen in een land dat bestaat uit 10.000 eilanden.

De bezoekersaantallen van Change.org kennen pieken en dalen, maar naar schatting levert de site miljoenen dollars op met één centraal gecontroleerd petitiesysteem dat honderden 'overwinningen' oplevert. Stel je voor dat dat geld naar NGO's in ontwikkelingslanden zou gaan om nuttige, open-source systemen te ontwikkelen, die lokale veranderingen teweegbrengen. Dat is de potentie van het internet, het web dat we nog niet gebouwd hebben.

@excinit