FYI.

This story is over 5 years old.

Tech

Waarom heeft natuurlijke selectie niet afgerekend met psychische aandoeningen?

Het antwoord is een evolutionair dilemma: dezelfde genen die ons intelligent maken, maken ook schizofrenie mogelijk.

​Het is een lastige opdracht om te begrijpen wat een ziekte of aandoening precies is. Complexe dingen als het immuunsysteem en kankerweefsel zijn al moeilijk genoeg te bevatten, maar psychische afwijkingen gaan nog een stapje verder. Kanker kan worden gezien als de een gevolg van biologische complexiteit of van genetische gevarieerdheid. Overdraagbare ziektes zijn micro-organismen of genetisch materiaal dat zichzelf in stand probeert te houden. Maar zelfs maar vaag te bevatten wat depressie, bipolariteit en schizofrenie precies is, is een heel ander verhaal.

Advertentie

Als je deze kwestie in een evolutionair perspectief bekijkt, komen er een aantal prangende en interessante vragen bovendrijven. Als je kanker zou kunnen zien als de prijs van het genetische aanpassingsvermogen van de mens (in de vorm van genetische mutatie), kunnen mentale aandoeningen dan worden gezien als de prijs van het menselijk intellect? We zijn misschien wel zo'n slimme diersoort dankzij onze neurologische complexiteit, maar het is diezelfde complexiteit die de reden is van het bestaan van verschillende slopende ziektes. Niets is gratis.

Maar er is meer aan de hand, met name als het specifiek gaat over schizofrenie. Schizofrenie is een aandoening die even oud is als de mens zelf, vanaf het moment dat mensen mensen werden. De ziekte lijkt bij andere soorten niet voor te komen, zelfs niet bij de complexere diersoorten. Hoe kan zoiets dat zo nadelig is voor het overleven van mensen (de ziekte maakt 50% van de mensen arbeidsongeschikt, en het zelfmoordrisico voor schizofreniepatiënten ligt rond de 40%) dan toch in ons DNA blijven voortbestaan?

In een recent gepubliceerde paper in Molecular Biology and Evolution geeft de onderzoeker van Mount Sinai, Joel Dudley, een voorzichtige stap richting een verklaring: schizofrenie is direct verbonden met de genen die maken dat we mens zijn (en niet een andere soort). Dit is nou eenmaal wat we zijn, lijkt het.

De genen die menselijke intelligentie mogelijk maken zijn nauw verbonden met de genen die schizofrenie veroorzaken.

Advertentie

"Dat schizofrenie erfelijk is, en dat het niet bij andere soorten voorkomt, maakt ruimte voor de hypothese dat de oorsprong van deze afwijking direct gelinkt is aan de evolutionaire ontwikkeling van eigenschappen als ons taalvermogen en de relatief hoge mate van energieconsumptie van het brein," zeggen Dudley en zijn team. "Er zijn theorieën over het idee dat de mutaties die een goede invloed hebben op de menselijke cognitieve capaciteit tegelijkertijd ook het risico op schizofrenie vergroten."

Dudley is bezig met in verband brengen van de pas ontdekte genetische wortels van schizofrenie met wat human accelerated regions (HARs) worden genoemd: gedeelten van het DNA die vanaf het begin van de evolutie van zoogdieren in stand zijn gebleven. Wij hebben ze, honden en apen hebben ze, maar het verschil is dat deze 49 genen bij mensen voor het eerst in het lange evolutionaire traject sterk zijn gemuteerd. HARs zijn wat mensen menselijk maakt, en ze zijn minder dan een jaar geleden ontdekt.

De grote paradox binnen dit verhaal wordt steeds duidelijker. De genen (HARs) die menselijke intelligentie mogelijk maken en daarmee onze overlevings- en voortplantingskans vergroten, zijn tegelijkertijd deels de veroorzakers van schizofrenie. Dus ondanks dat er een evolutionair nadeel in de genen schuilt, worden ze toch geselecteerd omdat het evolutionaire voordeel (intelligentie, cognitie) groter is. Vanuit een evolutionair perspectief: HARs met schizofrenie zijn beter dan helemaal geen HARs. Ergo: schizofrenie.

Dit brengt ons alleen nauwelijks dichterbij een oplossing voor schizofrenie. Het wijst wel op nieuwe inzichten in de aandoening, inzichten die voor een betere behandeling van de aandoening kunnen zorgen. Dit is een stap vooruit, want op het moment heeft de psychiatrie geen sterk antwoord op de ziekte behalve een afwisselend succesvolle bestrijding van de symptomen.

Tot slot stellen Dudley en zijn team dat: "het interessant zou zijn om de rol van HARs ook te onderzoeken bij andere psychische afwijkingen, zoals bipolaire- en autisme spectrum stoornissen." We zijn nog maar net begonnen met dit type onderzoek, en dat biedt hoop voor de toekomst.