FYI.

This story is over 5 years old.

Tech

Om de intelligentie van aliens te meten moeten we ze op een huisfeestje zetten

Als je deze nieuwe indicatoren van intelligentie moet aanhouden, tenminste.

Als je vroeger net als ik naar E.T. hebt gekeken dan wens je waarschijnlijk ook dat we ooit zulke leuke aliens gaan vinden en vangen zodat je er ook vriendjes mee kan worden. Nu zijn we al eeuwen op zoek naar planeten die lijken op die van ons, om daar te zoeken naar buitenaardse wezens. Wezens waarvan we verwachten dat hun leven lijkt op dat van ons.

In films zijn het vaak slimme wezens, die net zo communiceren als wij dat doen, en net zo intelligent zijn als wij dat zijn. Maar steeds meer onderzoekers zijn van mening dat er veel meer manieren van intelligentie zijn dan de manier waarop mensen intelligent zijn, en waarop we anderen dus ook beoordelen.

Advertentie

Er was nog niet echt een standaard waarmee we intelligentie konden meten, dus vaak werd de intelligentie van een soort vergeleken met die van de mens. En dat is best raar, aangezien buitenaardse wezens waarschijnlijk niet op mensen lijken.

Denise Herzing, van oorsprong een onderzoeker in dolfijnengedrag, heeft een ‘niet op menselijke intelligentie definities gebaseerde’ maatstaaf gemaakt om de intelligentie van levende wezens te meten -  waaronder aliens.

Herzing heeft vijf indicatoren opgesteld aan de hand waarvan we kunnen bepalen of een soort leven of een machine (ze heeft zelfs kunstmatige intelligentie meegenomen in haar onderzoek) intelligent is. Ik zal ze even voor je op een rijtje zetten:

De eerste is de grootte van het brein, als de soort er al één heeft, in vergelijking met de rest van het lichaam. Potvissen hebben een uitzonderlijk groot brein dat erg ingewikkeld in elkaar zit, dit kan dus duiden op een grote intelligentie. Maar die intelligentie lijkt niet op die van ons.

De tweede is de mate waarin het informatie kan zenden en ontvangen. De soort moet in staat zijn om signalen te sturen, maar ook om deze te ontvangen en te verwerken. Anders kan het zich niet aanpassen.

De derde is in hoeverre een individu van een soort zich onderscheidt van de rest van zijn soort. Bij sommige soorten, bijvoorbeeld mieren, gedragen alle individuen zich hetzelfde. Maar bij andere soorten, zoals koeien, is er een duidelijk verschil tussen de individuen te zien, ze hebben echt een eigen karakter.

Advertentie

De vierde is de complexiteit van het sociale leven van een soort. Mensen zijn in staat hele complexe sociale relaties te onderhouden en sommige dieren zijn hier ook toe in staat. Dit geeft aan dat een soort sociaal intelligent is.

En de vijfde is de hoeveelheid interactie die het heeft met andere soorten. Want aan een ontzettende a-sociale alien hebben we nog steeds niks, die kan E.T. niet vervangen.

Als een soort hoog scoort op alle vijf de indicatoren dat is het sowieso een intelligente soort. Mensen scoren hoog, maar dolfijnen bijvoorbeeld ook. Maar er zijn ook andere manieren om toch hoog te scoren op de intelligentieschaal, zonder hoog te scoren op elke indicator. Want voor elke soort is iets anders belangrijk om te kunnen overleven.

Heel fijn dat we nu een maatstaaf hiervoor hebben, alleen wat kunnen we er nu mee? Nou, gelukkig kunnen we er niet alleen de intelligentie van buitenaardse wezens mee meten, maar ook die van dieren en kunstmatige intelligentie. In de toekomst is het dus misschien ook een goede maatstaaf om de intelligentie van robots te meten. En we kunnen er nu al mee aan de slag om te gebruiken voor dieren, het hoeft niet te verstoffen op de plank wachtend tot we eindelijk een alien vangen.

Toch zou het wel te gek zijn als de methode van Herzing gebruikt kan gaan worden op buitenaardse wezens. Dat zou namelijk het volgende betekenen:

  • Om het criterium van hersengrootte te kunnen testen zullen we een buitenaards wezen moeten vangen. Wat betekent dat er een buitenaards wezen op aarde is! Een buitenaards wezen dat we in een CT-scanner moeten leggen - of opensnijden.
  • Maar voordat we zijn hersenpan opensnijden om punt één te testen, zullen we ook zijn ruimteschip in beslag moeten nemen om te bepalen of zijn communicatiesystemen met de onze kunnen communiceren. Prima.
  • Punt drie impliceert dat we minimaal één, maar liever méér aliens moeten vangen om te checken hoe ze zich gedragen in een sociale situatie. Wat die situatie is hoeven we nu nog niet te beslissen, maar ik stel een soort huisfeest voor, met statafels, hapjes en ballonnen – een ideale situatie om sociale ongemakkelijkheid, en dus verschillende karaktereigenschappen tot uiting te laten komen.
  • Om punt drie te ondersteunen laten we de gevangen buitenaardse wezens een week lang op het huisfeestje blijven. Zo kunnen we vaststellen of ze kliekjes vormen, voedsel delen of misschien het begin van een nieuw soort maatschappij vormen.
  • Na die week introduceren we een roedel honden (of katten) bij het huisfeest. Tenzij ze heel groot zijn. Dan moeten we misschien olifanten of giraffen inzetten. Dit is de laatste stop om als intelligent gecertificeerd te worden, want mochten onze buitenaardse gasten vriendschappen kunnen sluiten met deze beesten dan weten we dat ze kunnen voldoen aan alle punten die Herzing voorstelde en ze toelaten tot de maatschappij. Ofzo.

Beter vinden we er snel een paar.