FYI.

This story is over 5 years old.

Tech

Hoe internet langzaam in tv verandert

De verzuiling van het internet is begonnen.

Update: Facebook is deze week begonnen met het publiceren van Instant Articles, waarmee het internet weer een stapje dichterbij televisie komt

Deze week werd bekend dat Facebook in gesprek is met verschillende mediabedrijven, waaronder Buzzfeed, National Geographic en de New York Times, om content – zoals nieuwsverhalen – direct op Facebook te publiceren. Dit zou gebruikers volgens de Times een hoop tijd schelen, omdat ze nu gemiddeld acht seconden moeten wachten voor iemand na het klikken van een link op Facebook een nieuwsverhaal op de site van de Times kan lezen. Acht fucking seconden! Een eeuwigheid!

Advertentie

Intussen, in een ander sociaal internetuniversum, hebben verschillende uitgevers, waaronder VICE, CNN en Comedy Central, een deal gesloten met Snapchat om korte video's exclusief binnen de app af te spelen. Snapchat Discover heet deze plek, en is volgens een anonieme bron absurd succesvol gebleken uit het aantal keer dat video's bekeken worden. Bovendien zitten er allemaal tieners die bereikt kunnen worden! Zo veel tieners!

YouTube sluit in weer een ander universum al langer deals met verschillende mediabedrijven om videocontent te maken die exclusief op de bekende videosite draait. YouTube betaalt een deel van de productiekosten, zorgt ervoor dat deze 'kwaliteitscontent' gepromoot wordt aan YouTube-gebruikers en deelt wat van de advertentie-inkomsten met het mediabedrijf. Win-win-win voor iedereen!

Er wordt de laatste tijd overal op internet gejuicht om de mogelijkheid van 'cord cutting', waarbij traditionele televisie-abonnementen overbodig gemaakt worden door on-demand online kanalen. Met HBO Go, Netflix en Amazon zou je in principe nooit meer dure televisie hoeven hebben met allerlei zenders die je toch nooit kijkt.

Maar tegelijkertijd doemt er een andere toekomst op. Een toekomst die hoopvol begon, maar die geleidelijk aan erg op het verleden begint te lijken. Het internet begint onder druk van reusachtige bedrijven langzaam net als televisie te worden – een verzameling kanalen die geld verdienen aan advertenties, dankzij content die gemaakt wordt door andere partijen.

Advertentie

Een korte toelichting.

De afgelopen jaren zijn publicaties steeds afhankelijker geworden van lezers die via sociale media op hun website terechtkomen. Dat is logisch, want waar mensen eerst op hun PC naar een homepage moesten cybersurfen, hebben ze nu verschillende apparaten. Op smart phones en tablets werkt het internet anders – je cyberwebsurft via apps. Sociale media als Facebook zorgen ervoor dat artikelen zichtbaar worden in hun app. Maar dan moet de lezer wel de app verlaten om een artikel te lezen.

"Waarom zouden mensen eigenlijk Facebook ooit nog moeten verlaten?" dachten de ingenieurs in dit geval logischerwijs. "Als we ze gewoon nieuwsverhalen direct op Facebook laten publiceren, hoeven gebruikers niet te wachten, kunnen wij meer advertenties tonen en het mediabedrijf dat de content produceert een beetje van onze inkomsten geven!" Superoptimaal!

Het enige probleem: Facebook heeft geen enkele interesse in het publiceren van artikelen. Of in het uitvoeren van wat voor journalistieke functie dan ook, tenzij het aankomt op het verbieden van artikelen die seksueel getint, enigszins controversieel of anderszins moeilijk kunnen zijn voor de gemiddelde gebruiker (of adverteerder). Ze zijn tenslotte een sociaal netwerk, een bedrijf bovendien, dat winst moet maken voor de aandeelhouders.

Voor Facebook is dit puur een move om te optimaliseren en gebruikers meer advertenties te tonen. In de woorden van de Times: "Nieuwsartikelen op Facebook worden op het moment gelinkt naar de site van de uitgever zelf, en openen in een browser, waarbij het gemiddeld acht seconden duurt om te laden. Facebook denkt dat dit teveel tijd is, vooral op een mobiel apparaat, en als het aankomt op het vangen van 'eyeballs' van lezer, maken milliseconden het verschil."

Advertentie

Maar toch: meer mensen zien je content! Want wie denk je dat meer prime-time slots op je timeline krijgt: een willekeurig blog dat graag onafhankelijk blijft en langzaam laadt, of een mediabedrijf dat Facebook-gecertificeerde content direct op een timeline publiceert?

Homepages van websites zijn voor jongeren een soort sociale netwerken waar niemand op zit

En nu heb ik Facebook als voorbeeld genomen, maar vrijwel alle andere grote socialbedrijven (Google, Twitter, Snapchat) met veel gebruikers zijn met hetzelfde bezig. Ze beginnen zich als tussenpersoon te positioneren, met de gouden belofte van meer bereik voor de content, maar in feite gewoon om meer advertenties te kunnen draaien en hun bestaande gebruikers een 'optimalere' ervaring te bieden.

Hiermee worden de Facebooks, Snapchats en YouTubes van de wereld ineens meer als de RTL's, SBS'en en NPO's: tussenpersonen waar je als maker content kan aanbieden in ruil voor een groter publiek en een handjevol munten – waarschijnlijk meer munten dan waar je als onafhankelijk publicerend mediabedrijf van kan dromen, maar een grijpstuiver voor giganten als Google en Facebook.

Daar komt ook nog bij dat nieuws of andere inhoudelijke boodschappen niet 'optimaal' moeten zijn. Een uitgebreide duiding van de miljoenennota is belangrijk om te publiceren, maar het is niet iets waar je je beste vriend in gaat taggen – en dus ook niet optimaal om advertenties bij te draaien. En dan hebben we het nog niet gehad over content over de sociale mediabedrijven zelf. Wat nou als je een onthullend verhaal wil publiceren over corruptie in de top van Snapchat? Ik zie belangenverstrengelingsberen op de contentweg.

Nu moet je me goed begrijpen: ik zeg niet dat hier iets vreselijk mis mee is. Ik probeer ook niet verongelijkt te doen of te zeuren dat Facebook het internet sloopt. Verdienmodellen op het internet evolueren constant. Het baart me alleen zorgen dat er nu een aantal zeer machtige tussenpersonen met hele duidelijke belangen (geld) degenen gaan zijn die de toegang en zichtbaarheid van content gaan opeisen. En, gezien het verleden, gaan ze het waarschijnlijk nog krijgen ook.

Ik voel me oud als ik dit zeg, maar ik heb het internet gezien toen het nog niet bestond uit een verzameling vrijwel onvermijdelijke sociale netwerken. Jongeren van nu komen in contact met internet via sociale netwerken. Ze consumeren nieuws via sociale netwerken. Homepages van websites zijn voor jongeren (en steeds meer niet-jongeren) een soort sociale netwerken waar niemand op zit.

En hetzelfde geldt voor alle vijf miljard mensen die nog geen toegang tot internet hebben, maar dat binnenkort wel krijgen via de initiatieven van Facebook en Google. Geen volledige toegang, natuurlijk, maar een gecureerde ervaring. Het internet zoals gezien door de bril van de sociale bedrijven. Er zijn zelfs al mensen in ontwikkelingslanden die dankzij dit soort initiatieven denken dat Facebook het internet is.

John Herrmann van The Awl beschreef het idee van internet als televisie in februari bij de lancering van Snapchat Discover al veel eloquenter dan ik ooit zou kunnen. Maar met deze nieuwe ontwikkelingen ben ik bang dat hij totaal gelijk gaat krijgen: internet wordt een soort hyperactieve, beter getargete, super-advertentiemachine. Televisie 2.0, ofzoiets.