FYI.

This story is over 5 years old.

Tech

Je bent dik

Mensen zijn slim omdat ze dik zijn. Of dik omdat ze slim zijn. Hoe dan ook, mensen zijn in vergelijking met dieren echt dik.

Vat de titel niet te persoonlijk op, want het slaat niet alleen op jou, maar op mensen in het algemeen. Mensen zijn namelijk – in vergelijking met vrijwel alle dieren uit het dierenrijk – dik. Serieus, we verschillen in gemiddeld percentage vet ten opzichte van lichaamsgewicht nauwelijks van walrussen – en die hebben het nog echt ergens voor nodig. Gelukkig lijken al die kwabben waar iedereen zich zo druk om maakt enig evolutionair nut te hebben, aldus nieuw onderzoek.

Advertentie

Leuk detail voordat we het nieuwe onderzoek in duiken: mensen hebben het wereldrecord vetpercentage keihard gewonnen. De dikste man die ooit geleefd heeft woog op zijn hoogtepunt 635 kilo en bestond voor bijna 80% uit vet. Onder dieren wordt het hoogste vetpercentage gevonden onder de blauwe vinvissen, waarvan bijna 50% van hun lichaamsgewicht uit vet bestaat. BOOYA. Mensen4eva.

Het laagste vetpercentage ooit gemeten bij een mens is nul procent – maar dat komt door een genetische afwijking waardoor je er zo uit gaat zien:

Afgezien van deze extremen hebben gezonde vrouwen een vetpercentage tussen de 28% en 34%, en mannen tussen de 17% en 24%. Het verschil is volgens de wetenschap te danken (doe mij maar rondingen bij vrouwen) aan het feit dat vrouwen kinderen moeten kunnen baren en daar meer vetreserves voor opbouwen, en hormonale functies. Om gezond te blijven moeten vrouwen een vetpercentage van minimaal 8% en mannen van 4% onderhouden.

Dat is best bizar als je naar onze nauwste verwanten in het dierenrijk, chimpansees, kijkt. Vrouwtjeschimpansees hebben een gemiddeld vetpercentage van 3.6% en mannetjes zitten gemiddeld op 0.005% – zonder eruit te zien als Lizzy Vélasquez op de foto hierboven. Maar waarom? Waarom zijn we toch zo ontzettend dik?

Amerikaanse antropologen Adrienne Zihlman en Debra Bolte trachten in hun saai getitelde paper "Body composition in Pan paniscus compared with Homo sapiens has implications for changes during human evolution," een antwoord op die vraag te vinden.

Advertentie

Volgens de wetenschappers valt het antwoord vooral te vinden in onze historische lifestylekeuzes. Mensen zijn altijd al een soort zwervers geweest, die van plek naar plek trokken, en elke keer weer verschillende omstandigheden tegenkwamen. En daar moest je op voorbereid zijn. Door op chille plekken de mogelijkheid te hebben om vet op te slaan, konden mensen barre tijden op andere plekken overleven.

Chimpansees hebben deze drang echter niet. Ze kiezen ervoor om te leven in warmere klimaten, waar voedsel vrijwel altijd voorhanden is. Hiervoor was het minder belangrijk voor ze om vetreserves op te bouwen. Bovendien moeten ze de hele dag in bomen klimmen, en zoals je kan observeren in de video hieronder is een hoger vetpercentage daar niet voordelig voor.

Naast het vetpercentage is een ander groot verschil tussen mensen en chimpansees de hersengrootte. Mensen hebben hersenen die ongeveer drie keer zo groot zijn als die van onze apenbroeders. Hersenen die veel energie kosten om te laten groeien, net als spiermassa. De onderzoekers stellen dan ook dat de ontwikkeling van noodzakelijke spiermassa bij chimpansees ten koste van hun hersengrootte is gegaan. Met andere woorden: chimpansees moesten sterk zijn om in bomen te klimmen en hadden daarom minder energie over om in hersengroei te steken.

Bij mensen is die energie gaan zitten in de hersenen én in ons vet. Wij hebben ooit dankzij evolutie onze spieren ingeleverd voor onze hersenen. En vet kregen we daar gratis bij, omdat het makkelijk op te bouwen is, er veel energie in opgeslagen kan worden om onze hersenen te voeden en omdat het als reserve kan dienen als we weer gaan zwerven.

Dat we zo makkelijk vet opbouwen is nu we altijd overal zitten niet meer zo handig, maar in feite moeten we misschien dankbaar zijn dat we dik zijn. Het komt er namelijk op neer dat we dik zijn omdat we slim zijn. Of slim zijn omdat we dik zijn. Of allebei. Of misschien ben ik gewoon niet dik genoeg om het verschil te begrijpen.