We moeten serieus beginnen met nadenken over de toekomst van maanexploitatie

Gisteren kwam het nieuws bovendrijven dat de Amerikaanse Federal Aviation Administration (FAA) een brief had geschreven aan het bedrijf Bigelow Aerospace, over de mogelijkheden van zaken doen op de maan. Het internet stond in vuur en vlam en er verschenen koppen waarin geclaimd werd dat de FAA maanterritorium aan het verkopen was. De waarheid is echter minder sappig.

Volgens Joanne Gabrynowicz, een prominente ruimte-advocate (yep. Ruimte-advocate) en emeritus professor aan de University of Mississippi, is de FAA niet een soort buitenaards landjepik aan het spelen – ze proberen met de brief slechts een discussie op gang te brengen over het onvermijdelijke feit dat de ruimte uiteindelijk commercieel geëxploiteerd zal worden.

"Het lijkt er op dat ze een gesprek op gang proberen te brengen, omdat er nu nog veel onbeantwoorde vragen bestaan over bedrijven op de maan," vertelde Gabrynowicz ons over de telefoon.

Ze vervolgt: "Er zijn een hoop gevaren, vooral omdat er nog veel onbeantwoorde vragen zijn over de legaliteit van zaken doen op de maan. De FAA gooit gewoon een balletje op om de ruimtegemeenschap, en de rest van de wereld, te laten weten dat in de nabije toekomst knopen doorgehakt moeten gaan worden."

George Nield van de FAA's Office of Commercial Transportation, auteur van de brief, verhelderde dit punt direct in een Reuters-artikel.

"We hebben Bigelow Aerospace geen vergunning gegeven om op de maan te landen," schreef hij. "We hebben het momenteel alleen over een protocol dat de regels moet gaan uitlijnen voor toekomstige vergunningen. Dit heeft als doel om een serieus voorstel te schrijven dat betrekking heeft op veel bedrijven in de VS – en iets dat ook grote beleidsmatige gevolgen heeft."

"We erkennen het feit dat de privé-sector haar belangen op de maan, of op andere hemellichamen, moet kunnen verdedigen," vervolgde hij.

De FAA bereidt in feite de ruimtegemeenschap voor op een nieuwe mijlpaal: de eerste commerciële lanceringsvergunning die gepaard gaat met een vergunning voor het opzetten van maanfaciliteiten.

Dit zal niet als een bijzonder grote verrassing komen, als je bedenkt dat Bigelow erg open is over hun plannen om opblaasbare gebouwen op te zetten op de maan. In 2015 zijn ze van plan om hun ​ontwerpen in het ISS te gaan testen. Na decennia van valse starts is commercie op de maan eindelijk nabij.

"Ik zit al 30 jaar in de ruimterecht-sector," vertelde Gabrynowicz me. "Er bestaan nu voor het eerst bedrijven die geloofwaardige leiders hebben, met relevante ervaring bij andere bedrijven. Er zitten een paar geloofwaardige kanshebbers bij."

Deze ontwikkeling vereist een geraffineerd gerechtelijk protocol. Een protocol dat aangeeft welke entiteiten bezit kunnen opeisen over territoria. Territoria op aarde die als "global commons" worden omschreven, zoals Antarctica, zijn al onderworpen aan verdragen over internationale toegang en industriële activiteit, maar dit soort reglementen moeten nog uitgewerkt worden voor de ruimte.

Gelukkig hebben ruimte-advocaten en andere ruimtevaartexperts ervaring met juridisch grijs gebied. Er zijn dus al een aantal speculaties over hoe de discussie zich de komende jaren zal ontwikkelen. Gabrynowicz gaf het voorbeeld van ruimte-afval, een probleem waarbij ze intensief betrokken was.

"We moesten richtlijnen ontwikkelen die dit soort afval inperkte. Het begon met een kleine groep landen die duidelijke redenen hadden om dit te doen, en die daarnaast ook expertise in huis hadden om hier regels voor op te stellen," vertelde ze.

Deze aanbevelingen werden uiteindelijk aan de VN gepresenteerd, waar ze verder werden aangepast. In 2008 werden de regels bij een VN-bijeenkomst aangenomen. Gabrynowicz: "Onderwerpen als deze kunnen eigenlijk al vanaf het begin aan de VN voorgelegd worden."

Ze verwacht niet dat het Bigelow's intentie is om deze route af te leggen. "Ik denk dat er eerst nog wat meer internationale aandacht aan het onderwerp besteed moet worden."

De FAA zou ondertussen een voorbeeld kunnen nemen aan het weloverwogen wettelijk kader dat opgesteld is voor het International Space Station. "Ik vind dat de overeenkomst voor het ISS te weinig aandacht krijgt van de pers," aldus Gabrynowicz. "Als we een international station willen op de maan, dan kunnen we de regels rondom het ISS als voorbeeld nemen."

Welke richting de discussies ook op gaan in de komende decennia, blijft het een belangrijk gegeven dat de FAA niet bezig is met het uitdelen van maanterritorium. Wel hebben ze een belangrijke eerste stap gezet in het kweken van wereldwijd besef dat we na moeten gaan denken over commercieel gebruik van de maan.