FYI.

This story is over 5 years old.

Tech

Schrijver Jeff VanderMeer over de rol van fictie in klimaatverandering

We spraken VanderMeer over de grote publieke stilte rondom de opwarming van de aarde, en de rol van fictie om die tastbaar te maken.
​Jeff VanderMeer met uil. Foto via Boingboing

Video: De nieuwste trailer van de verfilming van het boek. Wij spraken Jeff in 2015, toen hij het nieuws van de verfilming voor het eerst naar buiten bracht.

----

"During the Vietnam war, every respectable artist in this country was against the war. It was like a laser beam. We were all aimed in the same direction. The power of this weapon turns out to be that of a custard pie dropped from a stepladder six feet high."

Advertentie

Dit citaat komt uit een interview met Kurt Vonnegut, literair idool van studenten in de 60's en 70's, die de strijd aangingen met de gevestigde orde. Het uiteindelijke resultaat stelde ietwat teleur: the summer of love haalde het eind van de zomer niet, en de oorlog ging nog jaren door. De schrijver keek er zelf op terug zoals hij altijd deed, met ironie en zachte weemoed: So it goes.

Een anti-oorlogboek is net zo iets als een anti-gletsjerboek, zegt de protagonist in Vonneguts bekendste boek, Slaughterhouse-Five, waarin hij het geallieerde bombardement op Dresden in 1945 beschrijft. "So it goes" is het enige dat er nog te zeggen valt, onder zoveel afgrijselijks. Oorlog is de natuur, net als het trage kruipen van een gletsjer. Het heeft geen zin je er tegen te verzetten.

"So it goes" werd een belangrijke slagzin van tegenstanders van de oorlog in Vietnam, en toen Vonnegut stierf in 2007 werd hij door de New York Times uitgeroepen tot dè 'counter culture novelist.'

Een vergelijking met deze tijd is interessant. Ten eerste omdat we er na die rebelse jaren nauwelijks nog vertrouwen in hebben dat schrijvers of kunstenaars De Loop der Dingen kunnen beïnvloeden, en ten tweede, omdat het grote probleem van onze tijd, de klimaatverandering, groter is dan die gletsjer, èn groter dan onze natuur.

In plaats van een concreet kwaad is er nu alleen de abstracte dreiging. De activistische kunstenaar anno nu kan zijn pijlen niet alleen maar richten op een select groepje beleidsvormers, maar zal in de hoop de grote slapende massa wakker te maken een abstract fenomeen voelbaar moeten maken.

Advertentie

Twee weken geleden probeerde te ik verklaren waarom dat nog nauwelijks gebeurt. Als lichtend voorbeeld van iemand die dat wel probeert noemde ik Jeff VanderMeer, die met zijn Southern Reach-trilogie een nieuwe stroming vertegenwoordigt van schrijvers die proberen klimaatverandering tastbaar te maken. Van de week sprak ik met hem over de grote publieke stilte rondom de opwarming van onze planeet.

Motherboard: Het belangrijkste fenomeen van onze tijd is de opwarming van de aarde, en toch verschijnt er nauwelijks fictie over.

VanderMeer: Niet serieus, nee.

Zie jij een taak weggelegd voor schrijvers om de ideeën uit de klimaatwetenschappen te verspreiden?

Ja, zeker. Maar het kan op subatomische schaal aanwezig zijn. Er is een geweldig boek, Wallcreeper, van Nell Zink. Dat beschrijft een disfunctionele relatie tussen twee mensen, zonder dat The Slow Apocalypse (de klimaatverandering, -red.), geheel buiten beeld valt; die is impliciet. Mijn utopische droom is dat ik - hoe klein mijn invloed ook is - door mijn verhalen de manier kan veranderen waarop mensen denken over het leven. Als ik daar een kleine bijdrage toe kan leveren… Ik denk namelijk ook niet dat wetenschap of filosofie het alleen af kunnen.

Het is mooi hoe je die dingen als verbonden ziet. Veel schrijvers hebben het gevoel dat 'maatschappelijk engagement geen plaats meer heeft in de letteren.' Bill McKibben, een van de belangrijkste organisatoren van de Klimaatmars, zei in een interview met de New Yorker, dat hij is gestopt met schrijven omdat we actie nodig hebben. "We need the masses," zegt hij. Maar is fictie, zijn verhalen, niet in het bijzonder geschikt om die massa te bereiken?

Advertentie

Dat is een complexe vraag. Ik denk dat fictie in deze context tegelijk nuttig en nutteloos is. Het is denk ik waar dat literaire fictie niet meer de impact heeft die het had in de jaren zestig, maar de kans is bijvoorbeeld aanzienlijk dat mijn boeken volgend jaar verfilmd worden. Op die manier krijg ik ook de mogelijkheid direct over het klimaat te spreken.

Een tweede punt is dat je een verhaal op z'n minst kunt situeren in de wereld waarin we echt leven. Want wat er nu gebeurt is dat veel fictie op steeds grotere afstand van de werkelijkheid wordt gezet. Maar als ik iets wil zeggen dat echt is, iets dat relevant is, is dat misschien wel niet De Waarheid, maar wel een versie ervan; iets dat niet los staat van de tijd waarin we leven.

"Ik denk dat we zo afgeschermd leven, dat de Apocalyps bijna een soort romantisch avontuur is geworden"

En in jouw wereld is The Slow Apocalypse altijd aanwezig?

De aanleiding voor mij om het klimaat als thema te nemen, kwam door het olielek van BP in 2010. Na 25 jaar in Florida te hebben gewoond, zag ik de destructie van de plekken waar ik van hield. Je voelt het gewoon, de olie, het houdt niet op. Het is een continue neerwaartse spiraal, en als je in een continuüm leeft, waarin vrijwel niemand het heeft over zo'n belangrijk onderwerp, word je al snel een zendeling, terwijl dat echt niet de bedoeling is.

Waarom denk je dat schrijvers zich zo afzijdig houden?

Advertentie

Ik weet niet wat het is. Er zijn natuurlijk uitzonderingen, maar wat ik zo opvallend vind is dat er niet al een soort standaard is; een vanzelfsprekendheid. Dat dus klimaatverandering een onderdeel is van de verhalen die we vertellen. Zoiets is er gewoon niet. Ballard schreef The Drowned World in 1962. Dat is zo enorm veel relevanter dan alles dat er nu is, en het is vijftig jaar oud!

Als ik het even over Nederland mag hebben; het lijkt er op dat schrijvers bang zijn iets 'echts' te zeggen over de buitenwereld, iets absoluuts. Zo ironisch als vroeger is bijna niemand meer, maar ook de nieuwe generatie Nederlandse schrijvers blijft dicht bij het kenbare en het persoonlijke, uit angst anders misschien te 'belerend' te zijn. Wat ik een hoopvolle ontwikkeling vind, zijn voorbeelden van de vervlechting van bètawetenschappen en fictie. Tasneem Zehra Husain, weet in Only the Longest Thread kwantumfysica, snaartheorie en het algehele gevoel van betovering van wetenschappelijk inzicht, heel succesvol in romanvorm over te brengen. Hoe denk jij over de relatie tussen wetenschap en fictie?

Er geldt een heel vreemde spanning tussen die twee. Mijn vader was natuurkundige, dus ik heb een tik meegekregen. En ironisch genoeg kan dit soort kennis schrijvers zoveel nieuwe gezichtspunten geven. Een mooi voorbeeld hiervan vind ik de ontdekking dat planten met elkaar blijken te communiceren door middel van schimmelsporen. Zelfs in een ruimte die dood lijkt, aan de kant van de weg, of op een stoep communiceren grassprietjes tussen de stenen met een bloem tegen de muur. Als we andere zintuigen hadden, zou deze wereld niet eens verborgen zijn.

Advertentie

Dit zijn vondsten uit de wetenschap waar ik aan probeer te denken als ik schrijf. Het is heel belangrijk denk ik, dat je als schrijver verslag doet van dergelijke nieuwe inzichten; de èchte dingen.

Sciencefiction is vermoedelijk ook niet meer de beste drager voor wetenschappelijke ideeën. Het geldt vaak juist als extra laag, boven op de wetenschap die al in een verhaal zit, waardoor de impact juist verloren gaat. In Submergence, in essentie een verhaal over twee mensen wiens paden kruisen, staan per paragraaf meer sci-fi ideeën dan in de meeste sciencefiction boeken. En op die manier werkt het, omdat het verhaal zo herkenbaar is.

"Het is moeilijker om nog weg te kijken, als je letterlijk hebt 'gezien' hoe de wereld er over tien, twintig of vijftig jaar uit zou kunnen zien."

Want er zijn geen aliens, tijdmachines of zwevende auto's?

Ja, precies. Sci-fi in Amerika is zo commercieel geworden in de afgelopen tien jaar, dat het moeilijk is aan het bekende format te ontsnappen. In boeken als The Road, of de film Interstellar heeft iedereen zich al neergelegd bij de Apocalyps. Dat behoeft helemaal geen uitleg meer, zodat de enige logische oplossing die overblijft, een enkeltje is richting de andere kant van het universum.

Onlangs verscheen er een afgrijselijke postapocalyptische roman: California, je moet mijn recensie maar eens lezen. (Aanrader! -red.) De hoofdpersoon doolt door de Apocalyps met een kalkoenbedruiper onder haar arm, bij wijze van beschaving. Een ongebruikelijke wolkenformatie doet dienst als treffend bewijs van de klimaatverandering, en midden in een verlaten gebied begint iemand ineens te mijmeren over zijn SUV, en hoe erg hij de mythologie van het rijden mist.

Advertentie

Wat betekent dat denk je?

Ik denk dat we zo afgeschermd leven, dat de Apocalyps bijna een soort romantisch avontuur is geworden.

Op zich zijn California en Interstellar geaccepteerde vertelvormen: die over een dystopische toekomst. Wat zijn andere manieren om de toekomst te verbeelden? Wat me opvalt in de kosmologie, ook zo'n ongrijpbaar onderwerp, is dat er vaak gebruik wordt gemaakt van mythen en volksvertellingen om het onbegrijpelijke menselijk te maken; in Cosmicomics bijvoorbeeld, van Italo Calvino. Verwacht je dat er tussen klimaatwetenschappen en fictie ook een dergelijke integratie gaat plaatsvinden?

Ik geloof dat er al een voorbeeld is. Tatyana Tolstaya, een Russische schrijver, schreef The Slynx, een postapocalyptische roman. Het leest als een volksvertelling, en omdat je dat niet verwacht, werkt het.

En dat is inderdaad belangrijk. We moeten de manier waarop we over dit thema berichten destabiliseren. Je hoorde schrijvers lang zeggen dat het moeilijk was om over de Holocaust te schrijven, en mensen waren daardoor afgestompt. Tot ineens Bend Sinister verscheen, van Nabokov waarin hij de vernietigingskampen beschreef in de taal van een reisbrochure. Daar kon je gewoon niet omheen.

En jij ziet dat in de klimaatdiscussie hetzelfde is gebeurd, mensen zijn ervoor afgestompt?

Zeker. Heel erg.

Toch verschijnen er in Amerika steeds meer nieuwe boeken over dit onderwerp. Hoe kun je dmv fictie dit verhaal vertellen zonder dat je met het vingertje zwaait?

Ik weet het niet, nogmaals: het helpt natuurlijk enorm dat Scott Rudin The Southern Reach wil produceren. Maar ik vermoed dat ook games en virtual reality een grote rol gaan spelen. Geschreven fictie krijgt misschien een andere functie ten opzichte van deze nieuwe verteltechnieken, maar of daarmee ook haar rol is uitgespeeld… Het gaat er om dat de verhalen er zíjn.

En er zijn veel manieren waarop je een verhaal kunt beleven - deeltje voor deeltje, zodat het hele beeld, de hele visie beleefd kan worden. Ik probeer nu iets te schrijven dat het midden houdt tussen een manifest en een handleiding, waarin ik de vraag verken hoe we de verschillende manieren van vertellen beter op elkaar kunnen afstemmen. Het is moeilijker om nog weg te kijken, als je letterlijk hebt 'gezien' hoe de wereld er over tien, twintig of vijftig jaar uit zou kunnen zien.

Mijn ontmoeting met Jeff VanderMeer vond plaats tijdens het jaarlijkse Sonic Acts Festival in Paradiso Amsterdam.