Er zijn een boel zaken opwindender dan nadenken over hoe D66 de participatiewet wil aanpassen, of wat er precies over koopkracht, garantieregelingen en exportkredietverzekeringen staat in het gortdroge partijprogramma van de VVD.Maar nu we toch vijf weken in lockdown fermenteren tot miezerige hoopjes mens, en de verkiezingen alweer op de loer liggen, kan je net zo goed wél grasduinen in de verkiezingsprogramma’s en jouw eigen richting bepalen –want wat jij gaat stemmen in maart heeft buitengewoon veel invloed op waar we naartoe gaan met ons land, en op welke manier. Misschien levert het zelfs wel een sprankje hoop op! Om je op weg te helpen schreef Titia Hoogendoorn, die je misschien kent van haar podcast over politiek Polititia, samen met politiekliefhebber Nienke Schuitemaker een instapboekje over hoe de politiek werkt, en hoe je tot een stemkeuze komt in maart – zonder ook maar één oersaai woord zoals exportkredietverzekeringen te noemen. Hier lees je fragmenten uit Waarom je niet zomaar moet stemmen waar je ouders op stemmen.Waarom je soms achterom moet kijken voordat je een stapje vooruit doetBij de vorige verkiezingen hadden de deelnemende partijen allerlei mooie plannen, maar wat is daarvan terechtgekomen? Partijen die in de coalitie zaten hebben de afgelopen jaren waarschijnlijk veel meer van hun wensenlijstje kunnen afstrepen dan partijen die in de oppositie belandden. Zij hebben doorgaans minder zetels en leveren ook geen minister aan, dus hebben ze minder zeggenschap. Toch kan het alsnog zo zijn dat ze zich de afgelopen vier jaar wel flink hebben ingezet voor een onderwerp dat jij heel belangrijk vindt. Ze hebben misschien niet altijd hun zin gekregen, maar als ze nu meer stemmen halen, zou dat deze keer zomaar anders kunnen zijn.Andersom kan ook: dat een partij die na de vorige verkiezingen in het kabinet kwam vooraf een aantal beloften deed waar maar weinig van terecht is gekomen. Hebben de politici van die partij dan niet hun best gedaan, of was er iets anders aan de hand? Misschien (en dit gebeurt echt!) vertelt een partij dat ze een bepaald probleem ontzettend graag willen oplossen, maar stemmen ze als het erop aankomt tegen het voorstel dat een oplossing een stap dichterbij brengt. Aan jou om te bepalen of je hun redenering geloofwaardig vindt. Een voorbeeld over homogenezing: voor/tegen?
In mei 2019 werd er een motie ingediend voor het strafbaar stellen van de zogeheten ‘homogenezingstherapieën’. Een meerderheid van de Tweede Kamer stemde voor deze motie en gaf daarmee de minister van Justitie en Veiligheid de opdracht een wetsvoorstel te maken waarin therapieën of handelingen waarmee gepoogd wordt homo’s van hun geaardheid te ‘genezen’, strafbaar moeten worden gesteld. De partijen CDA, PVV, CU, FvD en SGP stemden echter tegen deze motie. Om er vervolgens van uit te gaan dat deze partijen het prima vinden dat homogenezingstherapieën plaatshebben, is te kort door de bocht. Daarom is het aan te raden om te proberen na te gaan waaróm ze tegen hebben gestemd; die uitleg kun je na een stemming vaak vinden op verschillende mediakanalen. Soms volgt die uitleg pas nadat ze op Twitter op het matje geroepen worden of omdat een journalist ernaar vraagt. FvD-Kamerlid Hiddema zei over de stemming voor het strafbaar maken van homogenezingstherapieën het volgende tegen de NOS: ‘Er worden [in het wetsvoorstel] allerlei delicten omschreven die al strafbaar zijn. Dit is etalagepolitiek, en daarom hebben wij tegen gestemd. Iedereen op seksueel terrein mag van ons zowel zijn hobby’s, als instincten, als overtuigingen beoefenen zoals hij of zij kiest. Het zal ons volledig worst zijn.’ René Peters, die ooit de roze wethouder van Oss was en nu Kamerlid van het CDA, zei over de stemming tegen het Brabants Dagblad: ‘Allereerst omdat de motie overbodig is. Homotherapie is mishandeling en dat is gelukkig al strafbaar. Daarnaast is de motie wat mij betreft te breed geformuleerd. Stel nou dat ik met mijn geaardheid worstel en daarover wil praten met mijn pastoor. Is die pastoor straks dan al strafbaar als hij mij een goedbedoeld advies geeft? Dat gaat mij te ver.Als het uitzoeken en bijhouden van ieders mening klinkt als een hoop en soms vermoeiend werk, dan klopt dat. We willen niemand ontmoedigen, maar neem het jezelf niet kwalijk als je er geen zin in hebt. Je moet niet vlak voor de verkiezingen vier jaar aan politieke stemmingen willen terugkijken. Gelukkig zijn er genoeg journalisten en andere mensen die ervan genieten om dit soort feiten samen te vatten. Die vind je in verkiezingstijd in allerlei blogs, kranten, talkshows of podcasts. Mocht je wel interesse hebben om politiek geëngageerder te worden, dan is onze tip om niet alles in één keer te willen weten. Begin gewoon met een onderwerp dat jou interesseert en lees daar steeds meer over, bijvoorbeeld welke wetten er de laatste tijd over zijn gemaakt. Je zult zien dat je interesses vanzelf breder worden en je steeds meer snapt. Politiek gezien dan.Thema’s om over mee te kunnen pratenOmdat we in Nederland een politiek systeem hebben waarbij verschillende partijen moeten samenwerken, is het klimaatbeleid vaak noodgedwongen een compromis. En dat maakt dat vrijwel niemand echt tevreden is. Vooral linkse partijen vinden het huidige beleid niet ver genoeg gaan, rechtse partijen vinden mensen die zich inzetten voor een groener klimaatbeleid al snel ‘klimaatdrammers’.Toen VVD-fractievoorzitter Klaas Dijkhoff zijn collega-fractievoorzitter van D66 Rob Jetten ‘klimaatdrammer’ noemde, liet Jetten dat trots op een trui zetten. Dit laat zien dat ook een partij uit het midden van het politieke spectrum zich bewust is van een verschuiving in hoe de samenleving naar klimaatpolitiek kijkt. Veel van de mensen die in 2019 in groten getale demonstreerden voor meer politieke actie op klimaatgebied waren jongeren, de zogenaamde ‘klimaatspijbelaars’. Zij zijn degenen die het langst met de gevolgen van klimaatverandering moeten leven en tegelijk degenen die in het debat erover het minst vertegenwoordigd zijn. Jongeren gaan over het algemeen minder naar de stembus dan ouderen, maar wie weet is klimaat een van de onderwerpen waardoor jongeren in 2021 massaal wél gaan stemmen. 1. Wie vind je een ‘terechte’ migrant en wie niet?2. Vind je mensen die niet in jouw land en/of cultuur zijn geboren en opgegroeid een aanwinst voor je maatschappij? Dat mensen levensbedreigende situaties ontvluchten en een veilig heenkomen zoeken, dat vindt eigenlijk iedereen logisch. Als de autoriteiten in een land dreigen je op te pak- ken en te vervolgen, je misschien wel ter dood te brengen, omdat je een ander ras of geloof of een andere politieke mening of seksualiteit hebt dan de machthebbers, dan vinden eigenlijk alle Nederlandse politieke partijen wel dat je beschermd moet worden. Hetzelfde geldt als je vlucht voor een burgeroorlog. Maar hoe lang je die bescherming mag genieten en vooral waar je die moet krijgen, daar verschillen de meningen over.Vangen we de vluchtelingen in Nederland op of zijn ze beter af in een land dichter bij het oorspronkelijke thuis, bijvoorbeeld in een goed georganiseerd vluchtelingenkamp in een buurland? Sommige partijen willen het liefst deze ‘opvang in de regio’, zodat de vluchtelingen niet naar Europa, en vooral niet naar Nederland komen. In ruil voor de opvang zorgt Nederland voor een financiële ondersteu- ning aan die relatief veilige buurlanden. Het idee is dat als de conflicten zijn opgelost, mensen sneller en makkelijker naar huis kunnen.In de praktijk blijkt opvang in een buurland vaak geen duurzame oplossing. Er is meestal nauwelijks zorg, veel te weinig onderwijs en amper werk, waardoor vluchtelingen geen bestaan kunnen opbouwen. Tegelijkertijd slepen de conflicten waarvoor ze gevlucht zijn zich voort en is er op de korte termijn geen uitzicht op een terugkeer naar huis, waarvoor deze kampen bedoeld zijn.Conflicten kunnen zich op deze manier ook uitbreiden, zeker omdat sommige van die buurlanden inmiddels grote groepen vluchtelingen uit verschillende landen uit de regio moeten opvangen en de situatie in het land steeds onveiliger wordt. Toch maar de vluchtelingen opvangen in Europa dan, waar de veiligheid vele malen groter is, en de voorzieningen vele malen beter zijn? Dat vindt echter ook lang niet iedereen een goede oplossing, want hoewel de vluchtelingen in Europa veiliger zijn, is er voor hen vaak niet direct werk beschikbaar, waardoor ze voor hun levensonderhoud afhankelijk zijn van de overheid. Volgens sommige mensen moeten vluchtelingen zelfs helemaal geen bestaan kunnen opbouwen in Nederland. De gedachte is dan dat ze nooit meer terug willen naar het land waar ze vandaan komen, als de situatie daar weer veilig is. Vanuit die redenering hoor je ook vaak discussies over hoeveel vluchtelingen een land als Nederland eigenlijk kan opvangen, zeker als deze mensen begrijpelijkerwijs extra zorg nodig hebben, bijvoorbeeld omdat ze traumatische dingen hebben beleefd.Wie mag er komen/blijven?Naast deze kwestie wordt er ook vaak gedebatteerd over wat ‘echte’ vluchtelingen zijn en wat sommige mensen ‘gelukszoekers’ noemen. Wanneer is je situatie ‘erg genoeg’ om te ‘mogen’ komen? Zijn dat alleen mensen die in een levensbedreigende situatie zitten of heeft iedereen het recht om een bestaan op te bouwen in een land waar de kans op een beter/veiliger/kansrijker leven groter is?We gebruiken hier veel aanhalingstekens, omdat we ons er terdege van bewust zijn dat wij hier in een paar zinnen en kort door de bocht zaken uitleggen die over echte mensen gaan. Dat is best naar, maar zo abstract en tegelijk concreet is politiek vaak ook.Het politieke debat staat natuurlijk niet los van hoe wij als maatschappij denken over mensen die ‘van buiten’ komen en ‘anders’ zijn dan ‘wij Nederlanders’. Denk dan aan discussies over in hoeverre mensen zich moeten aanpassen aan Nederland. De taal leren, oké, maar aan welke eisen moet je nog meer voldoen? En wie bepaalt wanneer jij ‘goed’ of ‘Nederlands’ genoeg bent – en wanneer je eventuele kinderen dat zijn? Dit loopt over in het politieke debat, bijvoorbeeld rond het kinderpardon, waarbij een aantal gezinnen die zo lang hadden moeten wachten op uitsluitsel over hun asielaanvraag dat hun kinderen ‘geworteld’ waren in Nederland, alsnog mochten blijven. Mocht je dit een ingewikkeld vraagstuk vinden, dan kunnen we het alleen maar met je eens zijn. Het is ontzettend moeilijk, want deze discussies en de beslissingen op dit thema gaan over echte mensen en hebben vaak ingrijpende gevolgen voor hele families.Het huidige kabinet heeft de afgelopen jaren vooral ingezet op opvang in de regio en zich ingespannen om samen met de landen uit de Europese Unie de zogenaamde Europese buitengrenzen goed te bewaken. Alle landen hebben namelijk ‘last’ van vluchtelingenstromen, maar de landen rond de Middellandse Zee, met name Italië en Griekenland, verreweg het meest. Zij hebben meermaals de noodklok geluid over het gebrek aan capaciteit en voorzieningen om vluchtelingen tegen te houden dan wel op te vangen. Afhankelijk van welke partij je het vraagt, zul je horen hoe succesvol (of juist niet succesvol) de aanpak van de vluchtelingencrisis is.
Advertentie
Advertentie
In mei 2019 werd er een motie ingediend voor het strafbaar stellen van de zogeheten ‘homogenezingstherapieën’. Een meerderheid van de Tweede Kamer stemde voor deze motie en gaf daarmee de minister van Justitie en Veiligheid de opdracht een wetsvoorstel te maken waarin therapieën of handelingen waarmee gepoogd wordt homo’s van hun geaardheid te ‘genezen’, strafbaar moeten worden gesteld. De partijen CDA, PVV, CU, FvD en SGP stemden echter tegen deze motie. Om er vervolgens van uit te gaan dat deze partijen het prima vinden dat homogenezingstherapieën plaatshebben, is te kort door de bocht. Daarom is het aan te raden om te proberen na te gaan waaróm ze tegen hebben gestemd; die uitleg kun je na een stemming vaak vinden op verschillende mediakanalen. Soms volgt die uitleg pas nadat ze op Twitter op het matje geroepen worden of omdat een journalist ernaar vraagt. FvD-Kamerlid Hiddema zei over de stemming voor het strafbaar maken van homogenezingstherapieën het volgende tegen de NOS: ‘Er worden [in het wetsvoorstel] allerlei delicten omschreven die al strafbaar zijn. Dit is etalagepolitiek, en daarom hebben wij tegen gestemd. Iedereen op seksueel terrein mag van ons zowel zijn hobby’s, als instincten, als overtuigingen beoefenen zoals hij of zij kiest. Het zal ons volledig worst zijn.’ René Peters, die ooit de roze wethouder van Oss was en nu Kamerlid van het CDA, zei over de stemming tegen het Brabants Dagblad: ‘Allereerst omdat de motie overbodig is. Homotherapie is mishandeling en dat is gelukkig al strafbaar. Daarnaast is de motie wat mij betreft te breed geformuleerd. Stel nou dat ik met mijn geaardheid worstel en daarover wil praten met mijn pastoor. Is die pastoor straks dan al strafbaar als hij mij een goedbedoeld advies geeft? Dat gaat mij te ver.
Advertentie
- Klimaat
Advertentie
- Vluchtelingen / migratie
Advertentie
Advertentie
Advertentie
- Actuele thema’s